Onder de tucht gesteld


Het begon allemaal toen ik, 21 jaar jong, zowel zwanger was als wilde scheiden van mijn man. Tot die tijd was ik een braaf gereformeerd meisje geweest dat keurig in de voetsporen van haar ouders trad. Mijn wens om te scheiden, die ik niet voor niets had, werd door de toenmalige kerkenraad niet geaccepteerd. Zij stelden hun dogmatisch gelijk boven mijn ernstige, persoonlijke redenen om te willen scheiden. Echtscheiding is zonde tegen het zevende gebod “gij zult niet echtbreken” en om die reden streng verboden. Ik moest daarom ‘mijn kruis opnemen en God volgen’ en dit betekende volgens hen dat ik bij mijn man hoorde te blijven. En om mij van mijn voornemen tot echtscheiding te weerhouden, werd ik ‘onder de tucht gesteld’. Mijn man niet, omdat hij niet wilde scheiden. Ik was volgens de kerkenraad de enige die ‘een ernstige zonde beging’.

‘Onder de tucht staan’ hield het volgende in:

Artikel 76 Maatregelen van tucht

De kerkeraad zal de toegang tot het avondmaal van de Here ontzeggen aan hem, die de kerkelijke vermaning hardnekkig verwerpt of die een openbare of in ander opzicht ernstige zonde begaan heeft.
Indien deze na talrijke daarop volgende vermaningen geen enkel teken van berouw toont, zal de kerkeraad als uiterste remedie tenslotte tot de excommunicatie overgaan, waarbij het daarvoor vastgestelde formulier dient te worden gebruikt.
Niemand mag worden geexcommuniceerd zonder instemming van de classis.

Artikel 77 Afkondigingen tijdens de procedure

Voordat de kerkeraad – na de ontzegging van het avondmaal en de daarop volgende vermaningen – tot de excommunicatie overgaat, zal hij de gemeente bekendmaken met de hardnekkigheid van de zondaar. Daarbij zullen genoemd worden zijn zonde en de vele pogingen om hem tot inkeer te brengen door bestraffing, ontzegging van het avondmaal en talrijke vermaningen. De gemeente zal aangespoord worden hem aan te spreken en voor hem te bidden.
Hiervoor zal driemaal een afkondiging gebruikt worden. Om de zondaar nog te ontzien zal in de eerste zijn naam niet genoemd worden.
In de tweede zal met de in artikel 76 bedoelde instemming van de classis zijn naam vermeld worden.
In de derde zal de kerkeraad aan de gemeente meedelen dat hij buiten de gemeenschap van de kerk gesloten zal worden, als hij zich niet bekeert; op deze wijze zal de excommunicatie de stilzwijgende instemming van de gemeente hebben.
Over het tijdsverloop tussen de afkondigingen beslist de kerkeraad.

Terwijl mijn man nog gewoon in volle rechten deel mocht nemen aan het avondmaal, werd ik, ik woonde inmiddels in een andere provincie in een opvanghuis, meerdere malen door afgevaardigden van de kerkenraad bezocht en werd er op mij ingepraat om mij van mijn zondige weg te bekeren. Ook mijn volledige familie vond dat ik naar de kerkenraad moest luisteren. Het was in deze lange en moeizame strijd,  dat ik niet alleen mijn imago van ‘keurige christen’ kwijtraakte , maar ook begonnen toen de eerste barstjes te komen in het pantser van mijn geloof.

Er waren dus mannen uit de kerk, ouderlingen en dominees, die mij vertelden hoe ik de bijbel uit moest leggen. Hoe ik ‘woorden van God’ zou moeten interpreteren. En hoe ik behoorde te leven. Ik kreeg toen voor het eerst een gevoel van onbehagen bij het systeem van religie dat vanaf mijn geboorte normaal voor mij geweest was. Hoe kan de ene mens tegen de andere zeggen dat hij beter weet dan die ander hoe je woorden van God moet uitleggen?

Ik vergeleek mijzelf, en met mij de vele andere kerkgangers, met mieren.

ant_white_950-620x350

En de ouderlingen en dominees, de mannen met macht, met torren.

nFWFImO

En dat dan die torren de mieren zouden vertellen hoe ‘het paard in de wei’ dacht. Het druiste in tegen alles waarvan ik instinctief voelde dat het goed was. Het klopte niet!

Ja, maar die ‘torren’, of dominees, die hadden dan jarenlang een theologische opleiding gevolgd. Daarom stonden ze dichter bij ‘het paard’. Ik begreep dat niet. Ze waren immers opgeleid door ’torren’ of ‘oppertorren’ en niet door ‘het paard’ zelf?

Ondertussen zocht ik in mijn onmacht wanhopig naar, in de beleving van de kerkenraad, goedgekeurde ‘torren’ die in bepaalde gevallen ruimte lieten voor echtscheiding binnen dezelfde leer. Ik wilde oprecht doen wat God van mij vroeg. Maar tegelijk voelde het alsof ik God voor mijn karretje spande. Ik was bang voor mijn eigen creativiteit. Bang dat ik een ‘tor’ zou vinden in wiens woorden ik ruimte vond en dat ik hier dan in mee zou gaan, met gesust geweten, maar dat dit dan toch tegen de wil van God zou zijn. Ik worstelde met mijn zoektocht naar vrijheid en een goed leven voor mijn ongeboren kind en tegelijk met mijn grote angst dat ik niet Gods wil zou doen.

horse_in_fog_by_jfphotography-d35hk2h
Maandenlang stond ik onder de tucht. Ondertussen voltrok zich mijn scheiding en werd mijn zoontje geboren in het opvanghuis. Ik mocht hem niet laten dopen, omdat ik onder de tucht stond. Dit mocht uiteindelijk pas toen hij al bijna een jaar was. We waren inmiddels verhuisd en met de kerkenraad van de gereformeerd vrijgemaakte kerk van onze nieuwe woonplaats had ik wederom vele gesprekken. Ik deed schuldbelijdenis, omdat ik toch gescheiden was. Uiteindelijk besloot men toen dat de tuchtmaatregelen geen zin meer hadden, omdat de scheiding al een voldongen feit was en ik inmiddels een nieuwe (wederom gereformeerd vrijgemaakte) man gevonden had met wie ik uiteindelijk zelfs wilde trouwen en met wie ik, als een verboden voorschot op ons huwelijk, al seks gehad had. Nu hoorde ik dus ook bij hem en móesten we misschien zelfs trouwen. Er zou in alle gevallen sprake zijn van ‘overspel’.

Een lastig pakket voor de kerkenraad waar ze, net als wij, worstelend mee zijn omgegaan. Ik herinner mij nog goed de lange gesprekken die we toen hadden en de toewijding die er was van hun kant. En hoe ik ’s avonds laat in paniek de dominee opgebeld heb om hem te vragen of het ook mogelijk was dat ik, wij, wolven in schaapskleding waren zonder dat we dit wisten en dat we nu de kerkenraad, die veel sympathie voor ons had, mee zouden sleuren in onze ‘val’? De dominee besloot om meteen langs te komen en heeft me volledig gerust weten te stellen door met me te praten en te bidden.

Uiteindelijk kwam er zoveel innerlijke rust in mij, dat ik mij met mijn geweten volledig vrij voelde om te trouwen met mijn nieuwe man. De kerkenraad was echter nog niet zover, zij waren er nog niet uit. Maar wij vonden het een stap in geloof door toch alvast te trouwen. Omdat we geleerd hadden dat niet een kerkenraad, maar God zelf rust geeft. Dus we trouwden en werden weer onder de tucht gesteld. Omdat we tegen de kerkenraad in waren gegaan. Maar doordat we met ons trouwen verhuisden naar weer een andere plaats, kwamen we onder een andere kerkenraad te staan en werden zij voor een voldongen feit gesteld. Ons oproepen om te gaan scheiden zou indruisen tegen het zevende gebod en dus werd er besloten om met droefheid te berusten in ons huwelijk.

Einde tucht.


Lees hier het vervolg:

De kracht van verbeelding


13 Responses

  1. “Ik mocht hem niet laten dopen, omdat ik onder de tucht stond.”
    Laat me proberen dit te begrijpen. Omdat de “torren” jou niet konden overtuigen (begrijpelijk!) namen ze wraak op je baby en zijn/haar moeder. Want volgens hun overtuiging zou deze baby bij een ongedoopt overlijden veroordeeld zijn tot eeuwige marteling in de vuurzee van het hiernamaals. Want de moeder moest lijden onder wat “zij” haar kind aan deed! Wat een humane lieden….

    1. Beste Peter,

      Het lag een klein beetje anders. Ik kom uit de Gereformeerd vrijgemaakte kerk en daar gelooft men dat men bij het verbond hoort. Ook de (ongeboren) kinderen, gedoopt of niet, horen bij dit verbond. Dit is, omdat zij ‘binnen het verbond geboren worden’. De kinderen zijn zeg maar al ‘binnen’ en er is dus geen dreiging van hel of eeuwig lijden. De doop werd dan ook gezien als een teken en zegel van iets dat al zo was. Waarom ik mijn zoontje niet mocht dopen, was omdat ik onbetrouwbaar was gebleken. Ik had mij, bij het doen van geloofsbelijdenis, verplicht om naar de kerkenraad te luisteren en aangezien ik niet luisterde toen ik mijn scheiding doorzette, was ik ongehoorzaam en onbetrouwbaar. Voor God en zijn gemeente beloven dat ik mijn kindje volgens de juiste leer zou opvoeden (wat ik bij de doop moest beloven), was op dat moment nietszeggend, omdat ik eerst weer mijn betrouwbaarheid (gehoorzaamheid/volgzaamheid) moest laten zien.

      Nam niet weg dat ik het verschrikkelijk vond dat nu ook mijn kindje te maken kreeg met mijn keuzes en dat dit voelde alsof er vurige kolen op mijn hoofd werden gestapeld…

      1. Heb ik jouw voormalige sekte dus verward met één van die tientallen andere variaties op een thema. Het is voor een redelijk denkend mens moeilijk al die “unieke” waarheden uit elkaar te houden. Maar bedankt voor de correctie!

      2. Rob

        Dit verhaal geeft wel een hele kromme kijk op het woord vrijgemaakt. Is het een zonde je kind op te voeden zonder doop, en je kind zelf die keuze te laten maken? Zou in mijn beleving de beste oplossing zijn. Excommunicatie is je kennelijk niet overkomen. En ik lees, dat je ondanks je “afvallig” willen zijn, blijft vastklampen aan de Gereformeerd vrijgemaakte kerk, waarvan je inmiddels al begrepen hebt dat aan de torren getwijfeld kan worden. Was je voor je belijdenis maar scherp geweest, dan had je kunnen weigeren, en was je een echte afvallige geweest zoals mijn vrouw. Onder jouw huidige omstandigheid kun je helemaal geen echte afvallige zijn, ook al zou je het graag willen. Je kunt kennelijk nog wel worden geëxcommuniceerd, dat houdt in dat je geen afvallige wordt/bent maar uit de kerk wordt gegooid. Ik zou daar zelf, nu ik meerdere verhalen van je heb gelezen, om vragen om geëxcommuniceerd te worden. Gelukkig is mijn vrouw een afvallige van een “normale” gereformeerde kerk, die evenveel respect heeft voor ons als voor ieder ander levend wezen. Met zo veel voorbeelden van hoe het ook kan om je heen kan ik mij bijna niet voorstellen dat je toch probeert bij de club Gereformeerd vrijgemaakte kerk te horen. Die maken niet vrij, die sluiten je geest en zelf denken op. Geen sportclub van mijn keuze.

        1. Beste Rob,

          Nadat ik onder de tucht was komen te staan, ben ik weer als vanouds lid in volle rechten geworden van de GKV. Achteraf gezien ben ik daar blij om, Ik heb mij weer met hen verzoend, het waren tenslotte ook maar een paar mannen die mij zo onterecht bejegend hadden en later is dit zelfs (min of meer) rechtgezet middels uitspraken van de synode, waar ik mijn zaak had laten behandelen. Er waren ook ontzettend veel fijne christenen in die kerk.

          Ik ben er echter uiteindelijk wel uit vertrokken, maar dat had eigenlijk niets meer met bovenstaande geschiedenis te maken, maar met een innerlijk proces van bewustwording in mij dat met deze geschiedenis was begonnen en niet meer te keren was.

          In eerste instantie zei ik mijn lidmaatschap op met de bedoeling mij bij een evangelische gemeente aan te sluiten, maar al snel stuitten mij dezelfde regels (maar dan anders) zo tegen de borst dat ik mij nooit meer bij een kerkelijke gemeente heb aangesloten. Ik heb er wel ontzettend veel bezocht, van allerlei pluimage, soms hilarisch om mee te maken, maar niks meer voor mij.

          Ik ben dus geen lid meer van welke kerk ook en heb ook niet de ambitie om terug te keren in een kerk. Of er moet ruimte komen om overal aan te twijfelen. Dan wordt het een ander verhaal.

          Maar dan nog… dat kan ik zonder kerk ook al heel erg goed haahhaha! 😛

  2. groen

    angst en schuldgevoel houden mensen klein
    een geloof wat daar gebruik van maakt heet angstgeloof
    er wordt gewerkt met voordurende controle en hersenspoeling
    het schept alleen gevangenschap
    het doet de menselijke ziel onrecht

    en het herstel naar innerlijke bevrijding is eenzaam pijnlijk en lang
    maar boven alles de moeite waard
    ik wens iedereen die deze weg gaat de heling van liefde toe

  3. De kerk heeft al zoveel jaren mensen geknecht. Volgens mij bedoelde Jezus iets heel anders toen Hij het over Zijn gemeente had. Een beweging ipv een starre groep mensen die bij elkaar komen op een vast tijdstip om dan de Geest de ruimte te geven ons te veranderen. Maar door de week…..

  4. Marjolein

    Hoi Inge, ik lees vol verbazing je verhaal… Hoewel ik niet zo snel zou reageren normaal gesproken doe ik dit nu wel.
    Wat heb jij een moeilijke strijd gevoerd zeg! Ik snap volkomen dat je je hebt ontworsteld van dit gebeuren! Zo wil je niet leven, als klein miertje onder de macht van oppertorren en niet als zelfdenkend mens.
    Ik weet niet of jij jezelf nog wel christen noemt (ik heb nog niet alles op je site gelezen) maar ik ben christen. Als christen geloof ik dat er niemand tussen de mier en het paard in mag staan.
    Ik vind deze metafoor treffend verzonnen. Met als kanttekening dat een mier en een paard niet echt contact kunnen maken en een mens en God wel.
    Ook helemaal eens met bovenstaande reactie van Martin trouwens!
    Groetjes, Marjolein

    1. Je bent van harte welkom om meer te lezen en te reageren! Ik las bij jou ook al stukjes die ik zeer herkenbaar vond, dus misschien is er meer overlap tussen onze filialen en verhalen dan op het eerste gezicht misschien lijkt. 😉

    1. Dank je wel! 😀
      Wat fijn dat je zoveel belangstelling hebt weten op te brengen.
      Jouw blog, waar ik binnenkort meer kom lezen, spreekt me ook enorm aan.
      Dus ook jij hebt een nieuwe ‘discipel’! 😉

  5. Ik werd van deze pagina op de hoogte gesteld door iemand in een FB-groep mbt atheïsme. Ik vind je moedig. Ik heb alleen nog dit stuk gelezen, dus ik weet niet hoe je op dit moment in het leven staat mbt religie. Ik kan heel kort door de bocht een reactie geven, zoals: flikker die hele religie aan de kant, joh en God bestaat niet (daar ben ik van overtuigd), maar wanneer je van kinds afaan geïndoctrineerd bent, is dat ongetwijfeld niet zo eenvoudig. Dan heb je een hoop strijd en dan is het al zeer bewonderingswaardig te noemen dat je zover bent als je nu bent. Mijn eigen levensfilosofie is: wees jezelf, doe waar je zin in hebt, probeer goed voor anderen te zijn, wees ook lief voor jezelf en je bent volwassen en bent echt helemaal niemand enige uitleg verschuldigd als jij iets doet (of laat). Uiteindelijk ben jezelf verantwoordelijk voor wat je doet. Zonden bestaan niet, alles wat je doet is een levenservaring. En je hebt geen religie of een god nodig om te weten dat je een ander geen kwaad mag doen.

Jouw reactie kan anderen tot steun zijn.