Van beperking naar bevrijding (gastblog!)

Gastblog van Esther Roest

Bonsaiboompje

streng beknot en klein gehoudenHet opgroeien in een dogmatische, voor mij verstikkende omgeving, vergelijk ik wel eens met de leefomstandigheden van een bonsaiboompje. Je weet wel, zo’n Japans mini-boompje in minimale vruchtbare grond. Door tak- en wortelsnoei wordt het boompje klein gehouden. Van nature zou zij opgegroeid zijn tot een mooie iep of eik, maar in dit geval waren de wortels beperkend afgebonden met aluminiumfolie en ijzerdraad. Zodra haar takken, geheel volgens de natuur, scheuten begonnen te vormen, kwam de schaar en ‘KNIP’!

Die knipbeurten noem ik de ge- en verboden, het machtsvertoon, de eis van gehoorzaamheid, maar ook de rake klappen die ik als kind kreeg, wanneer ik niet luisterde. Het waren volgens mijn ouders de dreunen in de juiste richting. KNIP! Ik leerde WAT ik moest denken en niet hoe ik moest denken. Ik leerde zeker niet hoe ik moest luisteren naar mijn gevoel, want: “dan kom je bedrogen uit”.

Ik leerde dat ik niet teveel en te luidruchtig mijn takken moest laten zien. Uit een soort bescheidenheid met een sausje van nederigheid. Komt het of bel ik wel gelegen? Ik leerde niet dat ik het verschil kon maken voor mensen. God en Onze Lieve Heer hadden het verschil gemaakt. Hij was voor onze zonden aan het kruis gestorven. Deze ‘zonden’ waren gewoon de normale ‘fouten’ die je als normaal mens maakte.

Fouten maken legde je dus bij de Heer neer en loste je niet op. Je ging de confrontatie niet aan, maar rende er eigenlijk voor weg! Een probleemoplossend vermogen hadden mijn ouders dan ook bijna niet. Ze liepen daardoor veelvuldig tegen een muur en liepen vervolgens vast. En zij niet alleen, maar ik, die hun voorbeeld volgde, ook. Ik kon als kind amper voor mezelf opkomen en was niet weerbaar. Ik had geleerd dat de buitenwereld niet goed, verdorven en vol verkeerde prikkels was en dat ik mij daartegen moest keren. Alleen de beschermde, dogmatische omgeving was goed. Maar eng (op meerdere manieren te interpreteren)!

‘A kingdom of isolation’

Let it go – Demi Lovato

Ik voel nog hoe ik voor het raam stond en snakte naar zuurstof, naar de wereld daarbuiten. Ik voelde instinctief dat daar meer lucht zou zijn. Ik fantaseerde daarover, maar fantasie was niet goed. Net zoals konijntjes geen kleertjes droegen, zo hoorde ik geen levendige fantasie te hebben. Nu weet ik dat dit mijn gevoel was, mijn kind zijn, mijn ontluikende creativiteit en vooral ook mijn spiritualiteit. Ik was een kind dat er uit wilde. Ik wilde niet die bonsai zijn.

Ik weet dat ik toen al een spiritueel wezen was, dat heel veel van nature aanvoelde, een soort helderwetendheid. Als ik iets bij mensen voelde of zag, zei ik dit ook. Dit werd natuurlijk helemaal niet geaccepteerd. Mijn gevoelens, die niets met God te maken hadden, zouden niet goed zijn en had ik voor me te houden. “Je zou zo maar mensen kunnen beschadigen.” Ik mocht mijn gevoelens niet laten zien en moest altijd oppassen wat ik zei. Ik moest zwijgen en vooral niet vragen waarom. “Ze houdt er niet over op” riep m’n moeder dan in paniek. ‘KNIP’! KRAK … gebroken tak!

Big Brother

Diepe, persoonlijke gevoelens telden niet mee. Je moest je richten op God! Seksuele gevoelens waren enkel voor in het huwelijk. Ik leerde dat ik mijn ‘driften’ moest inhouden, zelfs wanneer ik zou trouwen. God had ons verstand gegeven en daarmee onderscheidden wij ons van de dieren. God wist bovendien alles van me, elke gedachte, dus ook de ‘onkuise’, die zeker tot verdoemenis zouden leiden. Hij volgde me als Big Brother en het was dus oppassen met alles wat ik deed. Een gepaste straf zou mij wachten, wanneer ik mij voor HEM zou moeten verantwoorden. Dit werd mij ook vaak verteld wanneer ik als kind ongehoorzaam was. Niets bleef voor HEM verborgen. Was dit soms de betekenis van de bekende zin: “laat de kinderen tot Mij komen”?

‘Voelen’ ging alleen vergezeld door uitspraken als: ‘niet goedschiks, dan maar kwaadschiks’. “Kinderen konden niet denken, die moesten voelen als er een fout werd gemaakt”, hoorde ik ze een keer zeggen. Ik moest op mijn blote knieën vergiffenis vragen als ik ‘stout’ of ‘onhandelbaar’ was geweest. Het was oneerlijk. Het deed pijn. In de bijbel stond: “wie zijn kind liefheeft, spaart de roede niet”. Lief? Was dit liefde? Het was vernederend en had niets te maken met liefde of opvoeden. Ik was altijd degene die om vergeving moest vragen. En zij? NIETS!
Ik heb de laatste tijd veel gehoord en gelezen over kindermishandeling. Van mijn ouders mocht ik hun wijze van straffen nooit zo noemen, terwijl zij wel ‘aaah’ en oooh wat erg’ over mishandelingen door andere ouders zeiden, want dat werd (terecht) bestempeld als een ernstig vergrijp. Nee, zij waren niet die dronken, gefrustreerde, ordinaire, wereldse mensen. Nee, wat zij hadden gedaan, stond in de bijbel. De beroemde harde hand, dat was goed te praten, want dat zou me moeten helpen en naar God moeten leiden. En zonder dat er ooit meer echt over gepraat kon worden, werd alles onder ‘de mantel der liefde’ gestopt.

Rangeren

Jarenlang dacht ik dat mijn ouders vergif in mijn eten deden en dat ik daarom dat gevoel van ‘tegengehouden worden’ had. Maar het gif zat niet in het eten, maar tussen de maaltijd en het toetje. Dan werd de bijbel gepakt, met daarbij een dagboek van een dominee met teksten die mij nog meer angst aanjaagden en mij op het juiste spoor moesten houden. Achteraf zie ik pas dat deze dwang als gif was dat mij tegenhield gezond te ontwikkelen. Ik ben hoogsensitief en wilde zo graag mijn gevoel vertrouwen en mijn dromen volgen! Maar mijn moeder riep: “Als we alles zouden doen, wat we wilden, zou het een rommeltje worden!” En: “niet alles is voor je bestemd, daar besluit God over.” Weer moest ik mijn gevoel indammen.

Ik mocht niet naar mijn eigen diepe gevoelens luisteren, maar had wel altijd rekening te houden met hun gevoelens. “We zijn nu eenmaal zo” en “we bedoelen het goed” en daarom moesten we daar rekening mee houden. Dat er ook gelovigen waren waar de regels nòg strenger waren, moest ons dan maar tot troost zijn. Dit was al erg, maar het kon dus nog veel erger! Het leek wel of ze dit zeiden omdat ze misschien zelf wisten dat deze manier van leven niet normaal was. Althans, dat hoopte ik stiekem. Er werd in elk geval veelvuldig gezegd dat ze maar hele normale mensen waren.

Het rebelse kwam in me naar boven en in mijn pubertijd ontspoorde ik. Zo noemden ze dat. Mijn gevoelens waren leugens die ik verkondigde. Hun stempel, niet het mijne! Het ‘ontsporen’ was nodig. Het spoor waar ik op reed, bleek alleen maar een zichzelf herhalende, enge cirkel. En aangezien er geen wissel was om op te rangeren, moest ik wel ont-sporen om te worden wie ik nu ben: iemand die haar spoor nalaat in vrijheid! Terwijl mijn ouders zuchtten dat ik geen grenzen had, leerde ik eindelijk mijn grenzen kennen. En nog belangrijker: ik leerde op mezelf te vertrouwen!

Dogma-vrij!

Nu ik Dogma- vrij ben en geen contact meer heb met mijn ouders, is mijn leven getransformeerd. Ik weet nu dat wat ik voelde geen waanideeën waren. Ik vind veel herkenning op de website Dogmavrij, waar ik lees dat andere ouders hun afvallige kinderen ook beschuldigd hebben van het hebben van waanideeën. De rake klappen die ik heb gekregen, de streng beknotte bonsaiboom die ik ooit was, hebben me gevormd tot wie ik nu ben. Oké, er zal altijd een kerf in mijn identiteit zijn, maar mijn geschiedenis gaat door. Ik ben nu zelf moeder en ervaar dit als een pleister op de wonden van mijn jeugd.

Vergeving

uitbundige bloei in open ruimteHet mijn ouders vergeven, heeft me nog meer vrij gemaakt. Ik heb dit niet voor hen gedaan, maar voor mezelf, zodat ik verder kon gaan. Het is het loslaten van de last die ik zo lang met me mee heb gedragen. Haat, wrok en pijn werpen blokkade’s op, maar vergeving vanuit je hart maakt vrij. Van mijn obstakel heb ik mijn springplank gemaakt.
Ik ben zo sterk geworden, dat ik in mijn werk mensen kan helpen het geluk óók te vinden in zichzelf. Ik kan nu goed omgaan met mijn verleden en merk dat het me inzichten geeft die ik ook kan gebruiken in mijn werk. Het was niet voor niets, want het heeft me gevormd tot wie ik nu ben!
Ik mag me met recht een ‘Happiness Expert’ noemen, de diepte heb ik gekend. Ik ben eindelijk uitgegroeid tot een grote, stevige boom, met diepreikende wortels en uitbundige bloei. Intellectueel, spiritueel, emotioneel, seksueel en sociaal ben ik gegroeid tot wie ik nu ben. Een persoon die een mening heeft over wetenschap, politiek, cultuur, geschiedenis, psychologie en seks en die bovenal vertrouwen heeft in het Goddelijke in haarzelf. Ik ben een zelfstandig denkend en gelukkig persoon geworden.
Wanneer bepaalde denkwijzen er letterlijk in worden geramd, wanneer je feitelijk geacht wordt een kopie te worden van je opvoeders, dan groei je op in een giftige leefomgeving. Dogma-vrij is voor mij vrijheid om te zijn wie ik ben, om te denken wat ik denk, mijn intuïtie te volgen en van mezelf te houden. Ik durf te dromen met mijn ogen wijd open, want ik heb vertrouwen gevonden. Niet in God, maar in mezelf! Wat mij heeft geholpen is de volgende repeterende zin:

“Ik ben wie ik ben, ik ben ‘authentiek’. Ik ben wie ik ben, ik ben ‘gevoelig’. Ik ben wie ik ben, ik ben DOGMA-VRIJ!”

Ik denk dat dergelijke uitspraken iedereen kunnen helpen. En dan kan je zelf je eigen passende, positieve kernwoorden invullen. Ik deed dit elke avond voor ik ging slapen en onderstreepte daarmee als het ware wie ik ben en nu eindelijk in vrijheid kan zijn.

 

© Esther Roest
Esther is HAPPINESS Expert en oprichtster van Glimz your life, waar ze met haar H.A.P.P.I.N.E.S.S. methode tools aanreikt om alles uit het leven te halen, om ook gelukkig te worden!

 

Ook een gastblog schrijven? >KLIK< voor meer informatie. 🙂

 

About Inge Bosscha

Aandachtig, openhartig, (zelf)kritisch en verbindend. Trainer, coach en inspirator. Deskundige op het gebied van (het loslaten van) aangeleerde religieuze dogma's en belemmerende overtuigingen.

14 Responses

  1. Opa Jos

    Weer een perfecte metafoor, de gevoelens die ik gelukkig nooit heb hoeven leren kennen, de verstikking, de beknotting, het klein houden…..

    Je bent tot bloei gekomen en zoveel groter geworden. Ik ben buitengewoon trots op je en denk vaak als ik je lees aan Miranda en aan wat had kunnen zijn.

    Slikken wordt dan pijnlijk, maar op een bijzondere manier is het ook heel mooi.

    Wie jou gekortwiekt hebben zullen mijn respect nooit of te nimmer verwerven, dat jij nu bent die je bent is jouw eigen verdienste.

    Liefde, liefs, leefde en mijn diepste respect,

    Jos.

  2. Els

    Wat weer triest te lezen, ik herken veel. Niet eens mijn opvoeding, maár de opvoeding die mijn moeder heeft gehad. In 1932 geboren in een groote gezin. Geen gevoelens mogen uiten, geen eigen keuzes maken, vooral als meisje niet. Geen opleiding mogen doen, wat heeft ze daar een moeite mee gehad. Zelf heeft ze ook nog een groot gezin gekregen, want ja, als Vrijgemaakt meisje had je geleerd wat je doel was in dit leven. Ze heeft alles anders willen doen, we moesten dus een opleiding afmaken en mijn broers moesten ook huishoudelijke taken doen en leerden koken. Kerkelijk hebben ze het moeilijk gehad, mijn ouders.
    De laatste jaren, toen mijn vader was overleden heeft mijn moeder heel wat verhalen verteld over haar eigen opvoeding. Het deed me denken aan de boeken van de psychotherapeute en schrijfster Alice Miller, zij beschrijft hoe kinderen de laatste twee eeuwen werden opgevoed. Ze komt tot de conclusie, dat het een wrede manier van opvoeden is en dat dit kan leiden tot criminaliteit en geweld. Pedagogische boeken uit die tijd staan vol voorbeelden over het afdwingen van gehoorzaamheid, de wil van het kind breken en slaan om het kind te dwingen te laten doen wat de ouders willen. Koppigheid en een eigen wil hebben waren dingen, die een kind moest afleren. Ging het
    niet goedschiks dan maar kwaadschiks. Buigen of barsten. maar ook uitbundig en druk gedrag moest worden afgeleerd. Met als doel het conditioneren en manipuleren van de wil van het kind ten gunste van de ouders. Zij noemt dit giftige of zwarte pedagogie.
    Het vernederen van kinderen bevredigt de behoefte aan macht en controle van de ouders, maar vernietigt het zelfvertrouwen van het kind. Huilen was iets om af te leren en meegaand gedrag werd beloond. Enthousiasme werd beschouwd als slecht en als je je gevoelens onder controle had was dat een deugd.

    Waar komt deze harteloze manier van opvoeden vandaan? Vanzelfsprekend zijn deze ouders ook door autoritaire ouders opgevoed en doen ze gewoon wat hen geleerd is. Ook is het voor mishandelde kinderen een goed gevoel om nu eindelijk eens zelf de macht te hebben. Al te makkelijk vallen ze in hetzelfde spoor als hun ouders.
    Maar deze vorm van opvoeden weerspiegelt ook duidelijk het denken van de ouders over zichzelf en de manier waarop ze over God denken. God is autoritair, liefdeloos, oordelend en straft graag en hard. Voor mij is het duidelijk dat ook dit geloof erachter ligt. Het is religie om angst voor God onder controle te houden, angst voor een boze en vijandige God. Daarom gehoorzaamt men die God, probeert dat althans tot in de puntjes. Wetten en regels worden bedacht om maar in een goed blaadje te komen van deze God. Het is niet uit liefde, maar uit angst genomen beslissingen. En ook die angst zet men om naar de kinderen; ouders spelen de rol die ze God toebedenken en laten de kinderen die angst voelen door het uiterste van hen te vergen in gehoorzaamheid en toewijding.

    Het is niet de bedoeling om de kinderen allerlei wetten en regels op te leggen en die koste wat het kost af te dwingen. Dat is voor zowel ouders als kinderen een strijd. Bovendien is het wettisch en laat het geen vertrouwen zien.

    In liefde opvoeden betekent niet dat je je kind alle vrijheid geeft, of maar wat aanrommelt. Structuur aanbieden, voldoen aan zijn basisbehoeften als aandacht en voeding en leren hoe het leven in elkaar zit, maar ook richtlijnen aangeven en je geloof voorleven zijn de meest belangrijke dingen. Binnen de grenzen heeft het kind dan ruimte om tot ontplooiïng te komen en de wereld te ontdekken. Maar ook het zien hoe ouders met elkaar omgaan, met de kinderen omgaan en dat ze te vertrouwen zijn. Het leert keuzes maken en de gevolgen van zijn keuzes. Het krijgt kennis en met die kennis zal het ook leren verantwoording te dragen voor zijn eigen keuzes.
    Het kind mag fouten maken en daar van leren.

    Ik ben zelf gaan beseffen dat God van mensen houdt en dat verzoening reeds heeft plaatsgevonden, niet alleen voor een groepje uitverkorenen,, maar voor alle mensen en ga je Zijn grootheid en liefde zien en ga je anders naar je kinderen kijken. Ze zijn van God en ook voor hen is Zijn liefde.
    Het is niet de bedoeling om de kinderen allerlei wetten en regels op te leggen en die koste wat het kost af te dwingen. Dat is voor zowel ouders als kinderen een strijd. Bovendien is het wettisch en laat het geen vertrouwen zien.

  3. Opa Jos

    Ik merk juist op dat dit een gastblog is en doe daardoor de schrijfster tekort door aan Inge te antwoorden.

    De verwarring kon ontstaan doordat de kwaliteit van dit blog niet onderdoet voor wat ik van Inge gewend ben.

    Mijn welgemeende excuses aan Esther Roest en een bijzonder compliment aan haar. Zeer goed verwoord en enorm indrukwekkend.

    Overigens blijft mijn reactie aan Inge onverkort van kracht.

    Een knoestige oude knar.

  4. Hans

    Dat is mooi Inge. Je hebt met hulp van anderen voor jezelf een nieuw draaiboek weten samen te stellen. Zo begrijp ik uit je verhalen. Een en ander lijkt trouwens erg op mijn eigen situatie. Je maakt je geestelijk vrij van je ouders, Omdat het moet. Omdat ze je ziel beschadigen en verhinderen dat je als kind kan groeien als een zelfstandig wezen. Dit soort kinderen moeten al op zeer jonge leeftijd ingrijpende beslissingen nemen. Ze zijn vaker bezig met overleven dan te leven. En vaak voeden ze zichzelf op. Dit heeft natuurlijk ook gevolgen voor het latere leven. Zowel op maatschappelijk, sociaal als ook emotioneel/ relationeel gebied. Immers je kunt niet blindvaren op wat je van je ouders hebt meegekregen. Alles moet je nu zelf invullen. Dat maakt je op zijn minst anders. Men benieuwd hoe je dat afgaat in je volwassen leven, In bijvoorbeeld je relatie met anderen en je gezin.

    Groet, Hans.

  5. Het spoor waar ik op reed, bleek alleen maar een zichzelf herhalende, enge cirkel. En aangezien er geen wissel was om op te rangeren, moest ik wel ont-sporen om te worden wie ik nu ben: iemand die haar spoor nalaat in vrijheid! Terwijl mijn ouders zuchtten dat ik geen grenzen had, leerde ik eindelijk mijn grenzen kennen. En nog belangrijker: ik leerde op mezelf te vertrouwen!

    Dit vond ik het mooiste stukje. Het wordt meestal biet geloofd, maar mijn autoritaire vader, waarvan ik het bonsai boompje, was had alle boven beschreven kwaliteiten. Een aantal herken ik heel goed, wie niet luisteren wil moet maar voelen. Het is wel zo dat mijn vader uit een protestants nest komt, die nu waarschijnlijk met de duivel zit te dineren. Ik ben een zonde kind, een kind dat werd geboren uit een ongelovige moeder, buiten het huwelijk. Ik had als kind norm veel energie, dat niet altijd gewaardeerd werd. Ik ben dan wel “zonder geloof” opgevoed, ik kan U vertellen dat min vader de kerkse normen en waarden, ondanks dat hij zijn kerk nooit meer heeft bezocht sinds mijn aanwezigheid op deze wereld.

    Mijn vader moet ook kind geweest zijn, en ik moet achteraf constateren dat ook protestanten redelijk goed zijn in het hersenspoelen van hun kinderen.

    Dank je voor dit schrijven, het heeft mij de ogen geopend dat er in ons gezin dus wel degelijk sprake was van indoctrinatie vanuit het geloof. En dat terwijl ik mij hier geïntroduceerd heb als kind dat in vrije keuze is opgevoed. Dat laatste is zeker waar, maar ik ben dus heel lang blind geweest voor het feit dat mijn vader zich gedroeg als hierboven beschreven, hij schermde alleen nooit met God wel met verdoemenis, hel werd me dan bespaard.

    Natuurlijk zijn er kleinigheden in dit schrijven waardoor ik toch weer andere ideeën krijg, maar als beloofd, die hebben niet werkelijk met dit onderwerp te maken, maar een kan ik je niet onthouden; Van nature zou ze (de bonsai)j opgegroeid zijn tot een mooie iep of eik… Dat is waarom ik nog steeds durf te geloven dat er mogelijk iets meer tussen hemel en aarde is, een bonsai zou van natuur niet alleen een Iep of Eik zijn geworden. Het is wel een leuke vergelijking omdat er een grotere diversiteit van bonsai boom soorten bestaat. Het geeft mij het gevoel dat er niet alleen plaats is hier voor Iepen (Inge) en Eiken (Esther) maar ook voor een Fuchsia, die ik zelf een groot deel van mijn leven in huis had, maar wel de verwilderde form. En de bloemetjes van die plant zijn in de schemer net dansende elfjes…

    Esther verwoord feitelijk met de scheiding van haar ouders wat mijn vrouw Inge zou willen adviseren. Opdat je weet dat dit probleem door ons hele gezin wordt ondersteunt.
    Ik voelde mij aangesproken door het stukje waarmee ik begon, een enge cirkel waar je wel uit moet ontsporen als de eigen energie er niet uit mag komen.

    Naar ik hoop heb ik met dit schrijven niet weer een of andere fanatieke atheïst voor het hoofd gestoten.

    Rob

  6. Wat een prachtige en beeldende vergelijking, Esther. Waren er maar mensen zo sterk en onafhankelijk als jij, die deze geestelijke terreur moreel zouden kunnen overleven. Bedankt voor dit mooie voorbeeld, het ga je goed!

  7. Bedankt voor het delen van je verhaal, Esther. Ik voel met je mee t.a.v. je verleden, maar ben vooral blij dat je grip op je leven hebt weten krijgen en nu bent waar je bent. Veel respect. Alle goeds gewenst!

  8. Wat een mooie en steun gevende reacties op mijn blog. Hoop zelf mensen inspiratie te geven, dat door vertrouwen in jezelf je echt van je verleden geschiedenis kan maken. En om door de echte stap uit een beklemmend milieu te stappen is het moment dat je echt vrij bent. Dogma-vrij. Dit kan op elke leeftijd!

    Het restant van de lagen die nog gepeld moeten worden om bij je kern te komen gaan dan zoveel makkelijker, omdat er iets beklemmend van je af is gegleden.

  9. Johan Nijhof

    Beste Ester, alweer de tweede Ester Roest die ik ontmoet in mijn leven. Nu zal ik voortaan altijd iets tegen bonsaiboompjes hebben. Ook goed dat je vermeldt, dat vergeving, ook al doe je het er niet voor, jezelf nog het meeste baat. Het kan misschien geen kwaad om nog maar eens te vermelden – soms lezen er ook vrijgemaakt gereformeerden of soortgelijke sectariërs mee op dit weblog, in de hoop je bij de kudde terug te kunnen brengen -, dat “castigare” helemaal geen slaag hoeft in te houden. Het Latijnse woord betekende “terechtwijzen, corrigeren, straffen”. Dat laatste kon ook slaan omvatten, maar dat hoeft helemaal niet. Dat houdt de bijbeltekst dan ook niet in. Nog steeds vind je op internet stukjes van dominees met losse handjes, die protesteren tegen het verbod om te slaan, die dat niet weten en de bijbel willen verdedigen, maar feitelijk alleen hun onwetendheid etaleren.
    Het ga je goed en steeds beter,
    Vriendelijke groeten,
    Johan Nijhof

  10. Beste Esther,
    Wat heb jij een aangrijpend verhaal verteld, jouw verhaal, jouw leven.
    Prachtig, hoe jij met je eigen inzet er zo’n ommekeer van hebt kunnen maken.
    Ik herken me er in, ondanks de verschillen.
    En vergeving van je ouders….. het verleden kun je niet veranderen, wel hoe je er nu naar kijkt en dat heeft jou tot bloei gebracht.
    Leefse!
    Aaltje.

Laat een reactie achter bij divine.decay.blogReactie annuleren