Foute keuzes

Het is koud in mijn keukentje, waar ik met opgetrokken schouders sta af te wassen. Vloekend en tierend smijt ik het bestek op het afdruiprek. Nee, ik ben niet boos op de afwas en ook niet op de kou. Ik ben boos op mijn ouders.  

Sinds ik mezelf toesta om lelijk te zijn en lelijk te doen, uit ik mijn woede een stuk efficiënter. Dat wil zeggen: als ik alleen ben. Mijn strategie vind ik niet geschikt om toe te passen in bijzijn van anderen. En omdat ik vandaag alleen thuis ben, kan ik losgaan. Onredelijk, onbeschoft, ongepast en vooral onnadenkend. Wat ik eruit gooi is bij voorkeur ruw. Ik hoef het niet meer eindeloos uit te kristalliseren in een poging volledig recht te doen aan alle betrokkenen en aan wat er feitelijk speelt, nee, mijn missie is enkel om uit te drukken wat ik daar op dit moment bij voel. En mijn frustraties en machteloosheid voelen precies zoals ze klinken in mijn keuken.  

“Ze snappen het gewoon niet! Ze snappen niks! AAARRRGGGGHHHH! Ze probéren me niet eens te begrijpen! Ik wil niet meer omgaan met mensen die niet echt in mij geïnteresseerd zijn! Het doet alleen maar pijn!” Aan de diepe zucht die hierop volgt, voel ik dat ik er ben. Hier, bij de kern van mijn pijn, zoals ik die op dit moment kan waarnemen en ervaren. 

Dan begint het deel van mij dat ik eerder snibbig tot zwijgen maande, zacht te spreken. “Je meent dit niet echt, hè… Je wil wél met hen omgaan…”  

“Ach, houd toch je bek!” snauw ik mijn vredelievende deel toe. “Dat zeg je alleen maar omdat je denkt dat je emotioneel meer volwassen overkomt als je in staat bent een band te onderhouden met je ouders. Je bent gewoon bang om als ´labiel´ te worden bestempeld. Maar je hoeft heus niet altijd de minste of de wijste te zijn. Je mág boos zijn! Laat me nou verdomme gewoon boos zijn!” En driftig schrob ik de etensresten uit een pan.  

Dan klinkt het in mij: “Je mág ook boos zijn. Je hebt alle recht om boos te zijn.” Het besef dat dit de eerste keer is dat zelfs mijn meest vredelievende deel mij toestaat om boos te zijn, doet mijn adem even stokken in mijn keel, gevolgd door een zucht van verlichting. Terwijl ik mijn handen in het warme sop laat zakken, rollen de tranen over mijn wangen. 

Wat ik hierboven beschrijf is alweer even geleden en inmiddels is het contact met mijn ouders weer hersteld. De ruis die enkele maanden heeft geduurd is weg en ik ben weer terug in de modus waar ik zat voor ik eerder dit jaar zo ontwricht raakte (zie ‘Ik ben hier om mama te redden’).

Het ging relatief snel deze keer. En hoewel ik het een pittige tijd vond, viel het me lang zo zwaar niet als eerdere perioden van mijn leven waarin ik ook worstelde met hoe ik mijn ouders ervaar. Dat het beter te doen was kwam niet alleen doordat ik mezelf had beloofd in te stemmen met elke mogelijke uitkomst en doordat ik vanuit mijn tenen boos mocht zijn, maar ook door iets anders.  

Het is namelijk zo – en dat is de reden dat ik dit deel – dat ik niet de enige ben die door zo’n fase gaat. Ik ervoer in de kern van mijn worsteling iets dat ik ook meen te zien in de kern van veel van de worstelingen van mensen om mij heen. Het heeft alles te maken met het ervaren van onrecht naar aanleiding van wat de ander doet of juist niet doet.  

Onrecht omdat een geliefde een keuze maakt die je zelf niet als oké ervaart. En onrecht omdat een geliefde meent dat jíj fout zit. De laatste tijd gaat dit relatief vaak over of iemand zich wel of niet heeft laten vaccineren. En we weten allemaal dat de gemoederen daarbij hoog kunnen oplopen. Dat is ook logisch, het gaat om waarden als veiligheid en vrijheid, waarden die wij als wezenlijk belangrijk ervaren, wat maakt dat we ons bedreigd kunnen voelen wanneer iemand iets doet of juist niet doet, dat deze waarden in gevaar brengt. Zo iemand, met wie je misschien altijd goed kon opschieten, lijkt dan ineens een vijand te zijn. Wat ongelooflijk ingewikkeld en pijnlijk kan zijn, vooral wanneer dit om een goede vriend of gezinslid gaat.  

En het is niet slechts een kwestie van verschil van inzicht. Nee, de keuze die die ander maakt is werkelijk schadelijk en heeft ook werkelijk gevolgen, ook voor anderen. Sommige keuzes pakken echt slechter uit dan andere. Dat geldt ook voor sommige manieren van opvoeden. We hoeven niet net te doen alsof het niet erg is, want dat is het wel.  

Ik kan niet begrijpen dat ouders zich niet verdiepen in de gevoelens en behoeften van hun kinderen. Net zoals iemand anders misschien niet begrijpt dat die ene persoon zich wel of niet heeft laten inenten. Onrecht blijft onrecht en de (kans op) schade is reëel. Ook mensen met goede bedoelingen kunnen werkelijk foute keuzes maken en daar mogen we hen op blijven wijzen zolang we denken dat dit zin heeft. 

In mijn geval heeft dit geen enkele zin meer. Ik hoef mijn ouders niet eindeloos te blijven vertellen wat ik allemaal mis en nodig heb of nodig had. Ze kunnen daar simpelweg niks mee. Ik heb hun ontreddering gezien. Ik zag en zie ook hun liefde.  

Diep in mijzelf heb ik ruimte gecreëerd waar ik mijn gevoelens van onrecht kan beleven en onder woorden brengen, zodat ik dit ook kan delen met mensen die het wel kunnen begrijpen en erkennen. Ik heb in mij ook ruimte gecreëerd waar mijn ouders kunnen zijn wie zij zijn. Het is een ruimte die ik apart houd van mijn diepste gevoelens en behoeften, omdat het niet werkt wanneer deze met elkaar verstrengeld raken. Los van wat ik oorspronkelijk wil en nodig heb, kan ik in deze aparte ruimte mijn ouders zien en liefhebben en ontvangen wat ze mij wel kunnen geven.   

Daardoor zie ik dat ze niet minder liefdevol, minder verantwoordelijk of minder wijs zijn dan ze in eerste instantie soms lijken door de bril waarmee ik naar hen kijk. Ook niet wanneer ik hun keuzes niet oké vind. Ik zie beter wat er wél is.  

En dat is bijvoorbeeld dat mijn moeder me laatst tussen neus en lippen door vertelde dat ze jarenlang niet gelezen heeft, terwijl ze dol is op lezen. Op mijn vraag waarom dat zo was, vertelde ze dat ze altijd helemaal opgaat in een boek en merkte dat ze daardoor wel eens geïrriteerd reageerde als één van haar kinderen iets aan haar vroeg. Ze besefte dat dit niet oké was en nam zich voor om niet meer te lezen zolang haar kinderen klein waren. Het besef dat mijn moeder offers had gebracht en liefdevol had gehandeld naar de inzichten die ze wel heeft, waarbij ze het belang van haar kinderen op de eerste plaats had gesteld, ontroerde me diep. Evenals het besef dat ik dit niet geweten had wanneer ik het contact verbroken had.  

En begrijp me goed: het contact met je ouders of met wie dan ook verbreken kan een legitieme en soms noodzakelijke keuze zijn. Onrecht blijft onrecht en schade is reëel. En ik wil ook zeker niet beweren dat het het beste is om altijd maar te streven naar verbinding. Dat het voor mij op dit moment werkt, wil niet zeggen dat het ook voor jou de beste weg is of dat jij naar hetzelfde zou moeten streven. We verschillen nou eenmaal van karakter en van rol binnen onze gezinssystemen. 

Ieder mag zijn eigen weg gaan en zijn eigen keuzes maken. We profiteren allemaal van deze vrijheid en kennen misschien ook wel allemaal de frustratie wanneer iemand anders – met een beroep op diezelfde vrijheid – een foute keuze maakt. Ik kan alleen voor mezelf spreken en dan is dit wat ik leerde van mijn soms moeizame band met mijn ouders:  

Door de liefde op te merken, te zoeken, of te vermoeden in de ander, ont-dek (en ontvang!) ik daadwerkelijk meer liefde.  


Op Dogmavrij kan je lekker gratis lezen zonder reclame of betaalmuur. Zo sluiten we niemand buiten. Neemt niet weg dat er – naast veel liefde – tijd en geld in deze website wordt gestoken. Heb jij misschien iets (gehad) aan de artikelen, de series, de steungroep of andere projecten? Zou je dan willen overwegen om dit werk te steunen? Dat kan via  http://petje.af/ingebosscha Dank je wel!

About Inge Bosscha

Aandachtig, openhartig, (zelf)kritisch en verbindend. Trainer, coach en inspirator. Deskundige op het gebied van (het loslaten van) aangeleerde religieuze dogma's en belemmerende overtuigingen.

2 Responses

Jouw reactie kan anderen tot steun zijn.