Schrijver Annemieke Reesink heeft een eigen website en publiceerde de gedichtenbundel ‘Moddervoeten’. Vanaf deze maand is haar debuutroman ‘Zwaartekracht’ te lezen, waarin zij o.a. schrijft over een zwanger tienermeisje, een streng godsbeeld en de druk van schuld en schaamte rondom seksualiteit. Aanrader! Ook onderstaand verhaal is geschreven door Annemieke Reesink.
Ruimteschip
‘Ongehoorzaam en opstandig!’ sprak mijn juf uit de eerste klas tegen Jack, de jongen die naast mij zat. Kordaat scheurde zij een bladzijde uit zijn wiskundeschrift. Op het ruitjespapier was een raket te zien; een ruimteschip en vele sterren. Driftig verfrommelde ze het papier. ‘Je weet toch dat opstandigheid van de duivel is, of niet dan? Was je maar wat meer als je broer. Hij heeft zijn sommen altijd keurig af.’
Abrupt draaide zij zich om en liep naar het bord om de volgende serie sommen op het bord te schrijven. Jack liet zijn schouders hangen en keek naar zijn lege schrift met de gehavende bladzijde.
Jack had zijn sommen nooit af, dag in dag uit bewandelde hij het pad van de duivel. Dat hij iedere dag opnieuw zijn lunchpakketje deelde met het meisje dat nooit brood bij zich had, was de juf kennelijk niet opgevallen, net als het feit dat Jacks broer datzelfde meisje aan haar haren trok en de roddel verspreidde dat ze stonk.
Ik hield van die duivelse Jack en niet van zijn broer. Zo hield ik ook van de hese stem van George Michael, ook al zo duivels, want van popmuziek wilde je seks buiten het huwelijk.
De bijbel citerende meester van de bovenbouw zal wel stiekem naar keiharde house en heavy metal hebben geluisterd, want na schooltijd betastte hij meisjes onder hun kleren en onder het mom van bijles, zo bleek jaren later.
Wij christenen, wij, het uitverkoren volk, vervuld van God’s Geest en hierdoor beter in staat tot liefhebben, tot diepzinnigheid en tot keurig gedrag, bleken geen haar beter dan de ongelovigen. Het waren niet enkel de ongelovigen die roddelden, die oordeelden, en die beloofden zonder na te komen. Het waren niet de wereldgelijkvormigen die druk achter hun woorden zetten door te bezweren dat God aan hun kant stond, dus dat je als de donder moest doen wat zij zeiden.
Het heeft mij jaren gekost voor ik dit toe wilde geven aan mijzelf. De christelijke bubbel was de enige die ik kende en lang heb ik, tegen beter weten in, vast gehouden aan wat mij dierbaar en bekend was.
Toen ik eindelijk ging, deed ik dat jaren te laat, vermoeid en verbitterd.
Toch kwam ik terug. Ik kon het niet helpen, ik bleef verliefd op de man die at met buitenlanders, die verwarde mensen omarmde, en die stoffige voeten waste. Ik bleef mij verwonderen over de mens die de storm deed liggen, die blinden genas en zijn vijanden vergaf.
Toen de kerkenraad een afvallige vrouw bij hem bracht, maakte hij geen optelsom, maar tekende hij in het zand. Ik hoop dat hij een raket tekende; een ruimteschip en honderden sterren.
© Annemieke Reesink
