Hoe kan ik mijn verdriet een plek geven?
“Lieve Inge,
Zeven jaar geleden kwam ik uit de kast als ongelovige. Mijn ouders waren er kapot van. Ik voelde me schuldig om hun verdriet en gaf hen zoveel mogelijk ruimte om hun vragen, verwijten, onbegrip en angst te uiten. Ik bleef geduldig antwoorden en hun pijn incasseren.
De storm is gaan liggen, maar onze relatie is sterk veranderd. Ik voel me aan de kant geschoven. Ik weet dat ze niet geleerd hebben met lastige gevoelens om te gaan en ik probeer daar begrip voor op te brengen, maar het komt allemaal van één kant. Ik verdiep me in hun beleving, maar zij niet in die van mij.
Ik voel me niet meer welkom. Dit besef maakt me steeds verdrietiger. Er zijn dagen bij waarop ik huilend in slaap val en met een leeg en triest gevoel weer wakker word en naar mijn werk ga. Daar functioneer ik normaal, maar zodra ik aan het eind van de dag mijn huis instap, voel ik de tranen alweer komen. Het lijkt wel of ik een soort sluimerende depressie heb.
Ik schaam me daarvoor. Ik bedoel: ik ben al bijna 20 jaar het huis uit en het lijkt me niet normaal om zo intens te verlangen naar erkenning en bevestiging. Dit lijkt me meer iets voor pubers.
Ik wil dit graag goed (en het liefst snel) verwerken. Hoe kan ik mijn verdriet een plek geven?
Liefs, A.”
Lieve A.,
Dank je wel voor je mail waarin je zo openhartig vertelt wat jouw gevoelens zijn. Ik vind je schrijven erg dapper, zeker ook gezien het feit dat je je schaamt voor deze gevoelens. Maar los daarvan is het sowieso al ontzettend dapper om met je aandacht naar de pijn te gaan. Dat kan en durft lang niet iedereen.
Wat moeilijk voor je dat je zoveel verdriet met je meedraagt. Je schrijft verder nergens over je leefomstandigheden. Ik lees niet of je een partner hebt of andere mensen met wie je je verdriet kunt delen, maar ik proef veel eenzaamheid in je mail. En dat vind ik verdrietig voor je.
Je schrijft dat je je schaamt, omdat je vindt dat zo’n intens verlangen naar erkenning en bevestiging meer bij pubers hoort. Ik begrijp je gedachtegang, maar wil je adviseren om deze – zoveel als mogelijk – los te laten. Leeftijd of omstandigheden bepalen niet hoe jij je mag voelen. JIJ bepaalt dat. Elk gevoel komt ergens vandaan en is daarom gerechtvaardigd. Probeer jezelf nooit af te wijzen vanwege gevoelens die je hebt. Daarmee help je jezelf niet. Probeer er zonder oordeel naar te kijken. Probeer te doorgronden waar je gevoelens vandaan komen en wat ze je vertellen, bijvoorbeeld over je onvervulde behoeften.
Het is volkomen normaal om je intens verdrietig te voelen wanneer je je niet welkom voelt bij je ouders. Je kunt je ouders zien als de bron waaruit je bent voortgekomen. Wanneer jouw eigen bron jou niet kan ‘omarmen’ zoals je bent en geen ruimte voor jou kan maken, dan voel je dat in al je vezels.
Geen enkele relatie beïnvloedt ons zo sterk als de relatie die wij met onze ouders/kinderen hebben. Wanneer deze relatie moeizaam of onmogelijk is, kan dat een chronisch gevoel van ontheemd zijn geven.
Je niet ‘gedragen’ voelen door je bron is een diep ingrijpend gemis op basaal niveau. Niet meer dan logisch dus, wanneer je deze triestheid zo intens beleeft.
Onzichtbaar geven
Wat mij opvalt is dat je zoveel geeft van jezelf en dat dit geven zo onzichtbaar lijkt te zijn.
Op je werk functioneer je bijvoorbeeld normaal, maar daarvoor moet je wel een stuk van jezelf opzij zetten. Dat stuk komt pas weer terug als niemand het kan zien.
Voor je ouders zorg je door met veel geduld en begrip naar hun pijn te luisteren. Dat moet je veel energie en incasseringsvermogen kosten. Elke keer schuif je dan als het ware jezelf aan de kant en laat je je ouders voorgaan.
Je schrijft dat je je aan de kant geschoven voelt. Dat kan ik me goed voorstellen. Wat jij geeft komt niet (in dezelfde mate) bij je terug. Wanneer dit geven onopgemerkt blijft, geef je uiteindelijk je tank leeg en ook daarvan kan je je leeg en triest voelen.
Je komt op me over als een zeer sociaal vaardig persoon, met veel gevende eigenschappen. Je ‘ziet’ je ouders en lijkt haast automatisch af te stemmen op hun behoeften.
Weet je dat wanneer je ergens goed in bent (om te geven aan anderen), je vrijwel altijd het risico loopt om op dat vlak zelf tekort te komen?
Als jij bovengemiddeld veel erkenning en bevestiging kunt geven, veranderen mensen in jouw omgeving niet automatisch mee naar mensen die óók bovengemiddeld veel erkenning en bevestiging kunnen geven, bijvoorbeeld aan jou.
Nee, sterker nog, vaak blijkt dat wanneer ‘kinderen’ een vaardigheid zeer sterk hebben ontwikkeld, dit ooit begonnen is uit nood/gebrek. Het zijn ‘kinderen’ die zelf niet kregen wat ze anderen zo overvloedig kunnen geven.
Als je de relatie tussen jou en je ouders in dat licht bekijkt, dan zie je mensen met een verschil in mogelijkheden in wat ze voor elkaar kunnen betekenen op emotioneel vlak. Jij lijkt meer te kunnen doen voor je ouders dan zij voor jou.
Je vol hoop naar hen blijven uitstrekken, hoe natuurlijk deze behoefte ook is, zal je triester, leger en ziek maken. “Een langgerekt hopen maakt het hart ziek.” Hoe verdrietig het ook is, dit is hoe het is. Jij kunt emotioneel ruimte maken voor je ouders, maar zij niet in dezelfde mate voor jou.
Eén dingetje wil ik hierbij nog opmerken. We voelen meestal vooral wat we zelf bijdragen en hoeveel ons dat kost. Wat een ander voor ons doet of laat, lijkt vaak heel vanzelfsprekend en daarvan voelen wij niet wat het de ander kost. Ik wil maar zeggen dat het mogelijk is dat jouw ouders dingen voor jou doen of laten waar jij misschien geen weet van hebt.
Sluimerende depressie
Maar goed, het gaat nu om jou. En jij voelt je miskend en diep verdrietig. De manier waarop je je ‘sluimerende depressie’ beschrijft is overigens best zorgwekkend. Je loopt duidelijk op je tandvlees. En ook al lijkt de oorzaak heel waarschijnlijk, wil ik je toch adviseren om met je huisarts te gaan praten en in elk geval een bloedonderzoek te laten doen. Mogelijk is de biochemie in je lijf verstoord of ben je hormonaal uit balans. Stress en verdriet kan daar ook de oorzaak van zijn. Een biochemische verstoring of disbalans kan ingrijpende gevolgen hebben en zelfs een depressie veroorzaken. Het is belangrijk om daar ook naar te (laten) kijken.
Wat ik als kern zie van jouw probleem is het volgende: je voelt je aan de kant geschoven en miskend. Dit komt doordat je zelf niet ontvangt wat je geeft, maar vooral doordat jouw geven onzichtbaar is.
Wanneer het je lukt om je hoop richting je ouders los te laten, kan je met je aandacht meer bij jezelf blijven. Dan kan JIJ jezelf erkennen voor alles wat je geeft en wat het jou kost. Dan voel je misschien ook eerder wanneer jouw grens bereikt is of dat je ergens van moet bijkomen. Daardoor geef je jezelf minder ‘leeg’ en zal je je ook minder leeg gaan voelen.
Rouwproces
Jezelf erkennen is een lastig proces dat veel oefening vergt. En dat niet alleen: het kan ook boosheid en verdriet oproepen. Omdat je dat er ook nog eens bij moet doen! En je doet al zoveel!
Toch wil ik je van harte aanmoedigen om dit (rouw)proces aan te gaan. Als je minimaal in dezelfde mate aan jezelf leert geven wat je anderen geeft, herstelt de balans, waardoor je je minder leeg en triest voelt.
Verdriet om een ‘langgerekt hopen’ wordt met de tijd steeds erger en holt je van binnen uit, maar het verdriet van een rouwproces maakt je (uiteindelijk) sterker.
Ga met je aandacht naar binnen en zie jezelf als degene die jou op dat moment erkenning geeft. Door het te voelen geef je jouw miskende pijn een stem. Daarmee onderstreep je jouw bestaansrecht en erken je jezelf.
Op een gegeven moment zie je het opwellen van tranen niet meer als een eenzaam proces en bewijs van miskenning door je ouders, maar dan wordt het een bewijs dat je innerlijk zich aan jou toevertrouwt en dat jij je met je aandacht over jezelf ontfermd. Je hoeft het ‘alleen maar’ te voelen. Daarmee erken je jouw diepste behoeften.
Middenin jouw verdriet ligt ook de sleutel naar de bevrijding daarvan.
Nog een manier om jezelf te erkennen kan zijn dat je je verhaal deelt met mensen die daarvoor open staan en jou begrijpen. Dit kan je bijvoorbeeld doen in de verborgen (= onzichtbaar voor niet-leden) Facebook steungroep DogmaVRIJplaats. In deze groep tref je twijfelaars, kerk- en geloofsverlaters die constructief met elkaar in gesprek zijn over de impact die een religieuze achtergrond kan hebben en waar je zoal tegenaan kunt lopen wanneer je dit (deels) loslaat. Velen van hen maken soortgelijke processen door van rouw en miskenning. Het kan helend (en soms zelfs noodzakelijk) zijn om te ervaren dat je niet de enige bent. Hier vind je meer informatie, onder andere over hoe je lid kunt worden. Van harte welkom!
Hartelijke groet,
Inge Bosscha, coach voor kerkverlaters
Op Dogmavrij kan je lekker gratis lezen zonder reclame of betaalmuur. Zo sluiten we niemand buiten. Neemt niet weg dat er – naast veel liefde – tijd en geld in deze website wordt gestoken. Heb jij misschien iets (gehad) aan de artikelen, de series, de steungroep of andere projecten? Zou je dan willen overwegen om dit werk te steunen? Dat kan via http://petje.af/ingebosscha Dank je wel!