De kerk

Toen ik opgroeide binnen een kerkgemeenschap, vond ik de kerk iets prachtigs. Ik voelde me bevoorrecht omdat ik er vanzelfsprekend bij hoorde als gedoopt kind van mijn gelovige ouders. Andere kerkleden noemden we broeders en zusters. We waren één grote familie of – nog mooier – we vormden samen één lichaam, waarvan het oog niet tegen de hand zou zeggen ‘ik heb u niet nodig’. Hier, bij ons, begon de Ware Weg ten Leven en hier, bij ons, was échte vrede en échte liefde te vinden. Ik geloofde dat vurig, terwijl ik ondertussen medelijden had met iedereen die geen lid was van onze kerk.

Toen ik de kerk verliet, heb ik nog jarenlang schaamte gevoeld naar de leden van de kerkgemeenschap van toen. Ik wist hoe er gedacht werd over ‘afvalligen’. Hoe deze werden gezien als eigenwijs, hoogmoedig, in de war, misleid en vooral: ongehoorzaam. Ik vermoedde dat ik in hun ogen niet langer meer bij de ‘goeien’ hoorde, wat me een ongemakkelijk gevoel gaf, gewend als ik was om naar mezelf te kijken met de ogen van anderen.

Het is inmiddels ongeveer 20 jaar geleden dat ik de kerk verliet. Hoe ik toen tegen de kerk aankeek, doe ik nu niet meer. Sterker nog, ik ben het totaal anders gaan zien. Ik leerde in de kerk denken in termen van ‘wij’ en ‘zij’. Mede daarom ben ik weggegaan, omdat ik dit niet kon rijmen met wat ik geloof dat goed is. Voor mij is er alleen maar ‘wij’.

We horen allemaal bij elkaar en zitten in hetzelfde schuitje, ook al heeft de één daarin een veel comfortabeler plekje dan de ander. We worden allemaal geboren op een plek (en) met mogelijkheden en beperkingen waar we het vervolgens mee moeten doen. We leren normaal vinden wat normaal gevonden wordt in onze omgeving. We kunnen totaal verschillend zijn, maar we zijn allemaal begonnen als hulpeloze baby en gaan ook allemaal een keer dood. We zijn één grote kudde.

In de kerk hadden we het ook over de kudde. Wij waren de schapen die bij de Goede Herder hoorden. Buiten waren de bokken of de wolven, degenen die koppig en egocentrisch hun eigen gang gingen. Wij volgden tenminste de stem van de Herder, zoals het de bedoeling was voor iedereen, meenden we.

Als ik nu terugdenk aan dat concept van een ‘goede’ kudde zijn tussen de ‘foute’ dieren, komt dat vervreemdend op me over. Het is alsof midden in de mensheid-kudde een paar gebouwtjes staan met bij elk gebouwtje in een eigen kleur een spandoek waarop staat: ‘kom binnen, hier is de échte kudde!’ Deze spandoek-kuddes vinden bovendien van elkaar dat ze het mis hebben, daarom zitten ze niet samen in één stal. Alléén binnen hun eigen elitekudde is meer waarheid, wijsheid en liefde te vinden dan daarbuiten. Van alle oorsprongsverhalen menen zij de juiste versie te hebben.

Dat is hoe ik de kerken tegenwoordig zie. Voor mij zijn ze totaal niet relevant en gaan ze voorbij aan wat is. En ik weet hoe anders dat ook beleefd kan worden, en ook wordt, overigens met net zoveel recht. Dit is geen poging om iemand te beschuldigen of op andere gedachten te brengen. Ik wilde gewoon eens een keer zeggen hoe het nu voor mij is.

Het meest bizarre aan kerken vind ik nog wel het concept predikant. En voor ik dat uitleg, wil ik opmerken dat ik refereer aan mijn eigen ervaringen en dat dit absoluut niet illustratief is voor hoe het in veel (andere) kerken is. Ik heb onder mijn Facebookvrienden relatief veel predikanten en ben met enkele van hen ook bevriend. Superfijne, integere mensen, niks mis mee, dus dat is mijn punt niet. Dit is geen aanval, maar gewoon een kijkje door mijn huidige brilletje.

En wat ik dan zie is dat een predikant die enkele jaren theologie heeft gestudeerd ineens spreekrecht heeft alsof God met hem een directer lijntje heeft dan met de ‘gewone’ gelovige. Ik weet van vroeger dat we dan geloofden dat God zo iemand ‘geroepen’ had en dat dit betekende dat God door deze persoon zou spreken en werken. Of tenminste, dat namen we dan maar gewoon aan.

Maar waarom zou iemand, die les kreeg van mensen, uit boeken geschreven door mensen, en geïnterpreteerd door mensen, meer inzichten hebben gekregen in God of in de Bijbel? Zo iemand heeft hooguit meer inzichten gekregen in hoe de schrijvers en docenten van de theologische universiteit hebben leren denken. Het lijkt – en is misschien ook – heel wat, maar het is niet wat we ervan gemaakt hebben.

Nee, als ik nu terugkijk naar alles wat ik ooit zo normaal en zelfs heilig vond, ben ik daar vooral verbaasd over, omdat het mijlenver wegstaat bij hoe ik nu naar deze dingen kijk.

Mensen vragen me wel eens of ik die gemeenschapszin niet mis. Nee, die mis ik niet. Die vind ik namelijk niet alleen in de kerk, maar overal. In straten, wijken, sportzalen en –velden, in de kroeg, op het terras, overal zijn mensen die min of meer samen leven en elkaar ontmoeten en steunen. Wat ik wel nog een tijd miste, was de vanzelfsprekendheid waarmee ik erbij hoorde. Dat – en het gevoel dat ik in hun ogen deugde – was weg. Maar dat zei niets over mij als mens, maar illustreerde alleen maar hoe (ik denk dat) zij denken in termen van ‘wij’ en ‘zij’.

‘Schaap’ of ‘bok’, we zijn allemaal ‘dieren’ die ons hebben te verhouden tot elkaar en tot (wat we denken dat) onze oorsprong (is) en hoe we aan ons leven betekenis kunnen geven. Dat kan prima binnen de kerk. Maar ook heel goed daarbuiten.


Groeide jij ook op binnen een geloofsgemeenschap en kijk je daar nu anders tegenaan? Lijkt het je fijn om daar eens over te praten met mensen die soortgelijke ervaringen hebben? Dat kan! Op Facebook is een verborgen steun- en inspiratiegroep, genaamd DogmaVRIJplaats.

Je treft daar een actieve groep met ruim 350 groepsleden, een opbouwende, positieve sfeer, diepgang en openhartigheid, bijvoorbeeld over alles waar je tegenaan kunt lopen als je aangeleerde dogma’s loslaat of dat probeert te doen. >KLIK< voor meer informatie.

Zoek je hulp bij het loskomen van aangeleerde religieuze overtuigingen en/of de impact daarvan? >KLIK< voor een lijst met ervaringsdeskundige professionals.


Op Dogmavrij kan je lekker gratis lezen zonder reclame of betaalmuur. Zo sluiten we niemand buiten. Neemt niet weg dat er – naast veel liefde – tijd en geld in deze website wordt gestoken. Heb jij misschien iets (gehad) aan de artikelen, de series, de steungroep of andere projecten? Zou je dan willen overwegen om dit werk te steunen? Dat kan via http://petjeaf.com/ingebosscha Dank je wel!

About Inge Bosscha

Aandachtig, openhartig, (zelf)kritisch en verbindend. Trainer, coach en inspirator. Deskundige op het gebied van (het loslaten van) aangeleerde religieuze dogma's en belemmerende overtuigingen.

1 Response

  1. Mooi verhaal. Een beetje humor hierbij is wellicht ook leuk om te te relativeren. Maarten ’t Hart is daar een held in: ,,,Waarom wordt, afgezien van psalm 49, de gelovige door de hele Schrift heen goedgemutst met het onbenullige schaap vergeleken? Waarom wordt hij niet aangeduid als het schrandere varken, de goedgehumeurde hond, de sluwe aap, de wijze kater of de pientere dolfijn? Tegenover het schaap staat trouwens veelal de wolf. Alsof dat een weerzinwekkend dier zou zijn! Kijk ik naar buiten, dan blijken de 22 schapen waar ik op let altijd angstvallig in elkaars gezelschap te verkeren. Er is niet één dier bij dat zich nu eens fier afzondert van de groep en trots een eigen weg gaat. Bekommerd houden ze mekaar voortdurend in het oog. Misschien is dat haast nog onuitstaanbaarder dan die verpletterende onnozelheid. In de bijbel wordt die kudde-mentaliteit echter als een groot goed gezien. ‘Nog andere schapen heb ik, die niet van deze stal zijn; ook die moet ik leiden en zij zullen naar mijn stem horen en het zal worden één kudde, één herder.’

Jouw reactie kan anderen tot steun zijn.