Ik wil mijn ouders niet verraden, maar…

 

“Diep van binnen besef ik, dat je met de huidige pedagogische inzichten zou kunnen zeggen dat ik mishandeld ben. Maar ik zal dit nooit zo zeggen, want ik weet dat mijn ouders het niet zo hebben bedoeld. Ze sloegen me omdat ze van me houden. Het deed hen ook pijn. Ze sloegen zelden uit drift, maar echt vanuit de overtuiging dat ik het nodig had voor mijn vorming. Toch heb ik heel veel last van de keren dat ik wél uit drift geslagen werd. Ik schrik van een hard geluid of van snel naderende voetstappen of van harde stemmen. Ik voel me nog altijd bedreigd en onveilig. Mijn therapeut zegt dat ik de typische kenmerken vertoon van iemand die mishandeld is. Ik vond het zo zielig voor mijn ouders toen ik dat hoorde. Ze leven niet meer, maar ze moesten eens weten dat er zo over hen werd gesproken. Ze deden zo hun best! Hoe konden zij weten dat de pedagogische inzichten zouden veranderen? Vroeger werden bijna alle kinderen geslagen en iedereen vond dat normaal. Mijn ouders hebben een zacht, volgzaam karakter en waren geen mensen die zich afvroegen of wat iedereen normaal vindt, wel normaal ís. Daar moet je misschien wel wat rebels voor zijn en zij waren verre van dat. Bovendien groeide ik op in een gezin waarin het ene na het andere kind werd geboren. Waar hadden ze de tijd vandaan moeten halen om te reflecteren op de manier waarop zij met hun kinderen omgingen? Ze waren aan het overleven. Net als ik nu. Soms voel ik me zo boos en verdrietig om al deze dingen. Maar wat schiet ik ermee op?”

N., 61 jaar, met toestemming gedeeld.

 

Naar aanleiding van aflevering 7 in de serie over op religie gebaseerde, aangeleerde, belemmerende overtuigingen, krijg ik veel persoonlijke berichtjes van mensen die als kind geslagen zijn en moeite hebben om dit te zien als mishandeling of ‘misse handelingen’.

 

Verraad

Loyaliteit naar de ouders speelt vaak een grote rol. Dit kan gepaard gaan met schuldgevoelens, waardoor je je eigen pijn afzwakt en het onrecht vergoelijkt. ‘Ze bedoelden het niet zo’ en ‘eigenlijk viel het best wel mee’.

In sommige religieuze kringen is het taboe om te spreken over wat moeilijk is of pijn doet. Men heeft liever dat je alles bedekt onder de mantel der liefde. Een ‘geest van kritiek’ is niet welkom. Misschien heb je geleerd dat kritische gedachten door de duivel worden ingefluisterd. Degene die het toch waagt kritiek te hebben, kan al snel worden gezien als ‘vijand’, als iemand die het nest bevuilt en die het gezin kapot wil maken.

Het is dus niet zo gek wanneer je je een verrader voelt of last hebt van onrust en schuldgevoelens als je stilstaat bij onrecht en pijn.

Je staat misschien makkelijker stil bij hoe het voor je ouders is, dan bij hoe het voor jou is.

Het helpt misschien als je beseft dat jouw verhaal niet het verhaal van je ouders verdringt, maar dat je het ernaast mag zetten. Met net zoveel bestaansrecht. Jij mag óók een stem in je eigen verhaal. Sterker nog: in jouw verhaal is je eigen stem het belangrijkst.

 

Context

Als je schroom voelt om vanuit je eigen beleving naar je geschiedenis te kijken en/of als je merkt dat je met je aandacht steeds weer struikelt over loyaliteit en schuldgevoelens, kan het helpen om eerst even heel bewust stil te staan bij wat er op het bordje van je ouders ligt.

Wanneer je beseft wat van hén is, waar zíj mee te dealen hebben, kan je het mogelijk bewuster aan de kant schuiven en bij hén laten.

Wat ligt er nou zoal op het bordje van onze ouders?   

Allereerst hun eigen geschiedenis. Zij zijn ook kind van hun ouders. Hoe werden ze zelf opgevoed? Kónden ze eigenlijk wel kind zijn? Waren er misschien zorgen of problemen binnen het gezin waarin zij opgroeiden? En in hoeverre had dat invloed op het kind dat zij eens waren?

Wat kregen ze zelf mee aan mensbeeld, godsbeeld en wereldbeeld?

Wat speelde er allemaal in hun levens in de tijd dat ze ons moesten opvoeden? Hadden ze daar voldoende kraagkracht voor? Was er voldoende steun?

Hadden ze voldoende psychosociale vaardigheden om een betekenisvolle band op te bouwen met hun kinderen?

 

Schuldvraag

Soms kan je de neiging hebben om maar in dat bordje van je ouders te blijven wroeten. Je kunt je enorm bezig houden met de schuldvraag. Misschien herken je dat wel. Er zijn vroeger dingen gebeurd of er zijn je dingen geleerd, waar je nu nog steeds last van hebt. Of misschien heb je juist wel dingen gemist en mis je die nog steeds.

Naast dat dit natuurlijk pijn doet, kan het ook zoveel vragen oproepen.

“Waarom deden ze het niet anders? Hebben ze geweten hoe het voor mij was? Hadden ze het móeten weten? In hoeverre valt het hen aan te rekenen? In hoeverre kan ik erkenning of excuses verwachten? In hoeverre zijn ze schuldig?”

En begrijp me goed: je hebt het recht om deze vragen te stellen. Maar soms stel je deze vragen, omdat je daarmee ten diepste op zoek bent naar toestemming voor je onderdrukte boosheid. De valkuil kan zijn dat je jezelf deze boosheid pas toestaat wanneer je geconcludeerd hebt dat je ouders bewust en expres erop uit waren om jou onrecht aan te doen. En omdat dit vrijwel nooit het geval is, blijf je je maar schuldig voelen vanwege je boosheid. En je kunt het nergens kwijt, want ja, je wroet in dingen die eigenlijk van je ouders zijn.

 

Verantwoordelijk

Wanneer je probeert om dit bewust bij hen te laten, kan je hun ‘bordje’ aan de kant schuiven en je focussen op wat op je eigen bordje ligt.

Als je je dáár namelijk op richt, wordt het anders. Kijk, als je met je aandacht naar je ouders gaat, dan zeg je:

“Jullie gaven me niet wat ik nodig had. Waarom hebben jullie dat gedaan?”

Maar als je bij je eigen bordje blijft, zeg je:

“Ik kreeg niet wat ik nodig had. Wat heeft dit met mij gedaan?”

Soms is het enige dat je hoeft te weten dat je ouders volledig verantwoordelijk waren voor de manier waarop ze je hebben opgevoed en wat ze jou hebben bijgebracht. Of ze zich daar nou van bewust waren of niet, of ze het aankonden of niet, dat ligt op hun bordje. En of ze daar nou iets mee doen of niet, ook dát ligt bij hen. Zorg dat je het daar laat.

Zo creër je ruimte voor hoe het voor jóu was. Voor hoe je op dit moment terugkijkt op je opvoeding. Voor de gevolgen zoals ze vandaag voor jou bestaan. Ook wanneer je niet precies kunt bewijzen wat de oorzaak is of wanneer je bang hebt dat je misschien overdrijft. Ook wanneer je hier morgen of over 10 jaar weer heel anders tegenaan kijkt, dan nóg mag je je beleving van dit moment volledig serieus nemen.

 

Ik wens ieder die met dit proces bezig is niet alleen veel sterkte en moed toe, maar ook veel zachtheid en troost. <3

 

About Inge Bosscha

Aandachtig, openhartig, (zelf)kritisch en verbindend. Trainer, coach en inspirator. Deskundige op het gebied van (het loslaten van) aangeleerde religieuze dogma's en belemmerende overtuigingen.

3 Responses

  1. jakob

    nou erg mild heier boven
    ik zal een stukje tikken en in het kort uitleggen hoe het bij ons aan toeging .
    Nu heden ontkent der rest de familie mij verhaal maar toch is het zo

    Ik geboren bibbl-belt eind jaren zeventig , ik heb nog een broer die ouder is 1 1/2 jaar en nog een zusje ander half jaar jonger.

    mijn vader oudste/ouderling een empaitisch man , altijd behulpzaam en overal klaar voor staan en in de goede geestelijk spirit , super -christen zeg maar .

    Dan is de verkorte inleiding nu een “echt stukje”
    Bij ons aan het avond eten wat gezellig zou moeten zijn , ieder weer terug op het honk en veel te vertellen.
    Dat ogenblik heeft/ had mij vader altijd als straftijd uitverkoren (bijna openbaar ).

    ik las veel en had dus een grotere kennis dan mijn vader en broer op gegdaan dat werd door vader ook niet gelukkig gevonden dus als er discussie kwam en ik had een ander mening .

    Dan sloeg hij mij altijd van tafel met bord en al , bord op de grond verder eten en je niet oprichten !!
    bij het oprichten werd je nog extra en extra hard weer naar de grond geslagen , reden mijn mening week af van de rest

    rest zou ik graag apart mailen …

    wel vind ik dat dit kei en keihard uigewassen dient te worden zeker in kerken en vrij gemeenten en elders ( rk gaf het goede voorbeeld weer gister )
    hard en zonder mededogen omdat je kinderen raak en mensen trauma, s gbezorgt waar ze nooit en nooit meer vanaf komen

  2. Tanja

    Beste N en Inge,

    Onlangs kwam ik tot het inzicht : een feit is geen verwijt. Dit kreeg ik nav reflectie op mijn jeugd, mijn gelovige opvoeding en wat mijn ouders me niet konden geven/gegeven hebben.
    Het inzicht biedt ruimte aan mijn werkelijkheid en verdriet en blijft buiten de zoektocht naar of ik dat zo wel mag voelen en wat de bedoelingen van mijn ouders waren en of zij hiervoor nou verantwoordelijk moeten en kunnen voor worden gehouden.
    Ze deden hun best. Dat is een feit. Ze maakten fouten (net als ik als moeder en als dochter overigens). Nog een feit. Ze gaven mij niet wat ik zo graag had gewild en wat me zoveel hobbels in het leven had gescheeld. Ook een feit. Kan nu nieuwe wegen inslaan en beter voor mezelf zorgen ipv herhalen wat me fout geleerd is. En gewoon oprecht verdriet voelen om wat niet was.
    Als we eens konden stoppen met oordelen, veroordelen, gelijk hebben en zoeken naar DE Waarheid….

  3. Doortje

    Beste Inge, Zo herkenbaar, dit thema. Wat voor mij wel de spijker op de kop is: door je (te)veel te verdiepen in het verhaal van je ouders kun je je eigen terechte boosheid/verdriet uit de weg gaan. dat wil ik even goed tot me laten doordringen. Fijn te weten dankzij je blog en meetings dat ik daarin neit alleen sta. dank je wel!

Jouw reactie kan anderen tot steun zijn.