Gastblog van Joost (51)
Introductie
Ik schreef dit gastblog uit dankbaarheid voor wat ik in de loop van de tijd heb mogen leren van de inspirerende verhalen en filmpjes op Dogmavrij. Nu zou ik mezelf uitgebreid kunnen voorstellen, maar dat vind ik zelf niet zo belangrijk. Het gaat immers om inhoud en misschien herken je jezelf in mijn verhaal. Dat hoeft natuurlijk niet, want iedereen bewandelt zijn eigen weg in het leven. Niet iedere weg is even gemakkelijk en sommige wegen waren of zijn er wel, maar niet de jouwe.
Daarover gaat ‘mijn’ verhaal.
Geloof of wat anderen geloven?
Ik ben gelovig opgevoed en heb dit tijdens mijn jeugd als iets vanzelfsprekends ervaren. Bij mijn weten geloofde iedereen en sommigen het verkeerde, tenminste dat leerde ik zo. De ander, mijn ouders, de dominee, de ouderlingen en de oudere mensen wisten toch hoe het hoorde, daar kon je op vertrouwen. Zij geloofden ook net als ik dacht te geloven en toch zeker omdat ze in dezelfde kerk zaten met hetzelfde geloof. Een ding dat ik nog steeds waardeer is de uitleg over geloven. Geloven is het voor waar aannemen van dingen die je niet gezien hebt en te vertrouwen dat daarover niet gelogen wordt.
Ga er maar aanstaan. Eigenlijk kun je er niks mee als iets wilt weten, maar op den duur kan het wel vertrouwd aanvoelen. En als je dan ook nog gelooft of overtuigd bent dat God niet kan liegen en alles voor waar aanneemt wat de mannen Gods geïnspireerd door de Heilige Geest hebben geschreven en gepredikt, dan zit je gebeiteld. In je geloof dus, daar kwam ik later pas achter toen ik me afvroeg om wiens geloof het nu eigenlijk draaide. Andermans geloof, de wens van de ander dat ik maar zou gaan geloven? Heb je als kind eigenlijk een keuze wat geloof betreft?
In den beginne was er het gevoel
Weet je, iedereen heeft gevoel en dat was ook het eerste waar je gebruik van maakte toen je geboren werd. Eigenlijk is het negeren van gevoel dus ook het tegenwerken van geboren worden. Ik heb wel geleerd in de kerk dat je ‘van nieuws geboren moest worden’, maar dat was geen kwestie van gevoel, maar een kwestie van genade ontvangen van God.
Nu kun je dat zo zien, maar als mens – en daarmee onontkoombaar gevoelsmens – speelt het wel een belangrijke rol dat je niet alleen rationeel van geboorte kan spreken. Had ik een wedergeboorte nodig? Zeker weten. Maar dan wel eentje die mij geboren liet worden en niet ‘maakte’ of ‘veranderde’. Gewoon geboren worden met een nieuwe gezonde en leergierige drijfveer, zodat ik tot ontwikkeling kan komen tot de persoon die ik ben, niet wie ik zou moeten zijn.
God heeft daar bij mij voor zover ik weet geen rol in gespeeld. Ik vind het ook niet belangrijk, net als de vraag of God – of welke god – er wel of niet is.
Voor mijzelf is er geen eerlijker antwoord dan te zeggen: “Ik weet het niet.” Soms lijkt dat onverdraaglijk bijna, maar dat heeft ook in grote mate te maken met opgevoed zijn in het idee dat je de “waarheid” moet weten. Niet weten was toch hetzelfde als ‘verloren gaan’ en werd zelfs als nalatigheid van mijn kant afgetekend. Want wie zoekt die vindt, een uitspraak met garantie voor een stellig te weten komen.
Het innerlijk kind
Heb je een kind in jezelf? Waar dan? Ik heb niet echt een kind in mij, maar wel kan ik terugdenken aan vroeger, aan mijn jeugd, aan hoe ik gevormd werd. Dat beeld maakte het voor mij duidelijk waar ik in mijn jeugd behoefte aan had, wat de ervaringen teweeg brachten en wat ik kwijt was geraakt. Het gaat over het zien wat ik als kind, maar nu als volwassene, nodig heb te begrijpen over mezelf en de wereld om mij heen. Het gesprek – de inleving met het innerlijke kind – is een proces over een langere periode, in mijn geval enkele weken.
Het gesprek
Waar was jij en wie ben ik?
Daar zit je, dat kleine ventje, op een stoeprand spelend met een stokje. Je kijkt een beetje treurig, terwijl je met het stokje precies tussen naden van de klinkers het patroon in het wegdek probeert te volgen. Wat is toch dat patroon en waarom op deze manier gelegd? Zullen alle wegen hetzelfde zijn, allemaal hetzelfde patroon?
Vergeten zijn, alleen voelen, vastzitten op deze ene plek is dit het?
Eigenlijk hele diepe vragen en gevoelens en ik voel dat, ja ik wéét dat je daar nu aan denkt.
Ik zie je wel zitten, maar wat lijkt dit allemaal vreemd. Zou ik dat werkelijk zijn? Durf ik hem nog wel aan te spreken en onder ogen te komen, als hij werkelijk de jongere mij is?
Ik loop naar de stoeprand en ga naast hem zitten. Dan kijkt hij op en naar mij en ik zie ongelofelijk veel verdriet in de ogen van dit jongetje.
Het is zo moeilijk te beschrijven. Dat verdriet, die eenzaamheid! Ik stikte bijna, kreeg geen adem.
Is dit het? Heb ik mezelf zó verwaarloosd, ontkend en afgesloten?
Dus dat is het wat er is gebeurd. Hierdoor loop ik als het ware met een getergde ziel rond. Het is dit verwaarloosde en vergeten kind, de jongere ik, die niet zal sterven zolang ik leef.
Maar nu kan ik je niet laten zitten en vraag je te gaan spreken.
Vertel me alles en laten we zoeken naar een oplossing, want dit is onze kans om onze toekomst weer leefbaar te maken.

Dan begint dit jochie te vertellen over hoe hij zich staande probeerde te houden in een wereld die vooral veel te maken had met de tegenstellingen tussen leer en leven. Hoe hij zo jong als hij is toch als een volwassenen werd behandeld. De Bijbel en de kerkliturgie zijn geen kinderboeken, maar waren wel leidraad voor je leven en je leeftijd deed er niet zo toe.
En hij snapte niet waarom iedereen heilig moest leven en niemand dat echt deed.
De Bijbel is waar van kaft tot kaft. Zo was het, want zo werd het iedere zondag gepredikt.
Was dit het leven, moest ik in deze wereld vol tegenstellingen gaan opgroeien?
Elkaar voorhouden dat je voorbeeldig moet leven om geliefd te worden door een vader in de hemel die je niet te zien krijgt. Een vader die je niet echt vast kunt houden of knuffelen, die je niet vertelt hoe je dingen in elkaar moet zetten, en die niet samen met je speelt.
En dan het aanpraten van schuld die je hebt, alleen al door geboren te worden. De wereld op zijn kop!
Hij schreeuwt het uit.
Hij vertelt hoe het voor hem altijd een poging lijkt om bij voorbaat afgeschreven te worden. Een poging om onzeker, ja zelfs kapot gemaakt te worden, omdat hij mens is en daarmee schuldig.
Waarom zeggen ze ‘we zijn allemaal zondig’ en praten ze steeds over ‘het kwaad in de wereld’? Wat willen ze nou van me?
Ben je daarom steeds verder van mij afgegaan toen je ouder werd? Ik snap het niet, voor wie doe je dat?

Wat heb ik je lang moeten missen en wat was ik eenzaam! Waar was je? Ik ben er toch gewoon? Ik ben er altijd geweest.
Eindelijk heb je me toegelaten wil je nu ook gaan luisteren en gaan doen wat ik zo van je verlang?
Je zat vast, overtuigd, misschien zelfs voorgelogen, maar tot inkeer gekomen en wijzer geworden. Ik weet nu dat je van mij houdt en mij niet meer jouw waarheid zult onthouden. Lieg nooit, al is het nog zo vervelend om te zeggen. “Ik weet het niet” zeggen, is mij accepteren, want dan kan ik delen in deze waarheid met jou. Delen in verdriet om dingen die we samen niet begrijpen, maar lieg mij nooit meer voor.
Alles wat je me ooit vertelde is wat je niet begreep of was gelogen. Nu weet je beter. Nu ben je alleen nog maar eerlijk tegen mij. Daardoor weet ik dat je me niet meer in de steek zult laten, want jij bent een deel van mij. Dat niet hoeft te groeien, maar onvoorwaardelijk geaccepteerd wil zijn. Om samen te ontdekken wat ons een eenheid maakt.
Tjonge dat ik nu nog zo met hem mag praten en dat hij al zijn verdriet, woede, gemis en tegenslagen zo zuiver kan uitleggen. De openheid en ongedwongenheid van dit jochie is zo bijzonder, dat ik mezelf schuldig voel, maar ook opgelucht.
Ik sla een arm om je heen en wijs je de weg, ik verzeker je dat ik je nodig heb en dat het goed gaat komen. Wij samen kunnen dit, ik geef je een knuffel en laat je vrij. Jij, die zo ontzettend graag vrij wilt zijn.
En elke keer als ik aan dit mannetje denk zie ik hem stralen en weghuppelen, de armpjes gestrekt, de vrijheid omhelzend. Wat is het een prachtig kereltje geworden! Niet meer bang, niet meer onzeker, en dat alleen maar omdat hij nu gezien en geaccepteerd is door zijn oudere ik. Door mij.
© Joost

Ben je geraakt door deze gastblog? Wil je reageren? Je kunt je reactie plaatsen onder dit bericht (even omlaag scrollen). LET OP: Opbouwende, verbindende en steunende reacties zijn zeer welkom, kritiek en felle discussies worden niet geplaatst of verwijderd. Gastbloggers op Dogmavrij wordt op deze manier een beschermde omgeving geboden om hun verhaal te vertellen.
Op Dogmavrij kan je lekker gratis lezen zonder reclame of betaalmuur. Zo sluiten we niemand buiten. Neemt niet weg dat er – naast veel liefde – tijd en geld in deze website wordt gestoken. Heb jij misschien iets (gehad) aan de artikelen, de series, de steungroep of andere projecten? Zou je dan willen overwegen om dit werk te steunen? Dat kan via http://petje.af/ingebosscha Dank je wel!
Prachtig verhaal Joost! Ik herken gedachtes die jij beschrijft in gedachtes van mijn zoon, die sinds kort bij een radicale kerkgemeenschap is gaan wonen. Ik hoop met heel mijn hart dat mijn zoon ook hopelijk zijn innerlijke kind vindt.
[…] dat Joost graag schrijft – eerder werd dit gastblog van hem gepubliceerd – is hij ook medebeheerder van de steungroep […]
[…] schreef Joost In den beginne was er het gevoel en Woede en tranen om veroordeling […]